We leven steeds meer in een 24-uurs economie. Daarom kunt u tegenwoordig op ieder moment van de dag boodschappen laten bezorgen. Ook het volgen van opleidingen en verkrijgen van informatie gaat steeds meer via de digitale snelweg. Door onze behoefte om steeds meer flexibiliteit te hebben in werk en privéleven worden ook steeds meer opleidingen en cursussen volledig of gedeeltelijk online gedaan. Deze manier van leren vraagt wel om specifieke kennis en vaardigheden van zowel de ontwikkelaar, de trainer als de gebruiker.
Digitaal onderwijs heeft veel voordelen:
Om digitaal leren goed toe te kunnen passen, is het aan te raden om een digitale leeromgeving te gebruiken. Deze digitale leeromgeving motiveert de gebruiker, ontzorgt de trainer en optimaliseert het onderwijs. Zo gebruikt u digitaal leren in uw voordeel.
Digitaal leren betekent niet dat er helemaal geen trainer meer nodig is, in tegendeel. De trainer zet onder andere de lijnen uit en bepaalt de grenzen. Digitaal leren zorgt er echter wel voor dat de organisatievorm van de opleiding veranderd van sterk leerkracht-gestuurd naar meer leerling-gestuurd.
Bij het bepalen van de organisatievorm zal er altijd ruimte moeten zijn voor differentiatie, dat wil zeggen de manier van omgaan met de verschillen tussen de diverse gebruikers. Dit kan in een convergente vorm, waarbij de meeste gebruikers, met een verschillende mate van ondersteuning, op hetzelfde moment werken aan dezelfde leerdoelen.
Een voorbeeld van een convergent differentiatiemodel is het werken met drie structuren in een les, waarbij de hoeveelheid instructie en begeleiding afgestemd is op de onderwijsbehoeften van de individuele gebruiker.
Een andere manier om het digitale lessysteem te gebruiken is volgens het divergent differentiatiemodel. Hierbij zijn de gebruikers juist met verschillende doelen met de lesstof bezig, ieder in zijn eigen tempo en op eigen niveau en soms zelf op basis van eigen interesses.
Met het D-Learning systeem van Maindes kunnen meerdere differentiatiemodellen gebruikt worden. Deze modellen kunnen ingezet worden voor opleidingen die volledig theoretisch zijn, maar ook voor opleidingen die een deel theorie bevatten en ook een deel praktijkvaardigheden hebben.